IS HET HIER OORLOG?

Op safari heb je oog voor alles. Omdat het er thuis niet is, of omdat je er bedrijfsblind voor bent geworden. Survivalgids Jan Snijder neemt je mee op Safety Safari en werpt een frisse blik achter poorten en hekken.

IMG_column_01.jpg

Ik was laatst op een werk waar flink gesloopt werd. Een team van vier stevige mannen was aangekoekte roestlagen aan het weg jackeren. Ze drilden met pneumatische sloophamers in een half dichte, half open ruimte. Ik zag geen hand voor ogen, zo stevig was de stofmuur. Ik ging maar snel naar buiten. Daar zag ik een masker over een steigerpijp hangen. Een paar zaken vroeg ik me af: is er nu iemand binnen zonder masker? Wat voor masker is het eigenlijk? En is het geschikt voor deze klus?
Tijdens de koffie vroeg ik het aan de mannen. Een van hen had inderdaad het masker afgedaan. “Of je nu stikt door het stof of door het masker, wat maakt het uit? Zonder masker kan ik tenminste nog wat zien en normaal ademhalen.”

De man heeft gelijk. Zware inspanning leveren gaat niet met zo’n masker. Dit is Eerste Wereldoorlogspul. Helemaal niet geschikt voor dit soort werk en ook niet voor het soort blootstelling. De ademweerstand is te veel te hoog. En voor mannen met baarden is de beschermingsfactor veel te laag. Je loopt de hele dag te hijgen als een paard om lucht te krijgen en dan nog adem je stof in.

Wat me nog meer opviel: op deze klus droeg geen van de slopers handschoenen. Waarom draagt niemand ze, vroeg ik? Er werden een paar kolenschoppen op tafel gelegd en evenzovele vragende blikken keken mij aan. “Wat denk je zelf Jan? Wij hebben allemaal maat twaalf of groter. De grootste handschoenen zijn maat elf.”

Opluchting
Slopershanden waar geen handschoenen voor bestaan en stofmaskers die niet geschikt zijn voor de job. Dat is toch curieus?

Toch zie ik het best vaak: pbm’s die niet passend of niet geschikt zijn. Ze zijn zelden de keuze van de werknemer. Een ander bedenkt wat goed voor hem of haar is. Er wordt vaak verkeerd of niet passend ingekocht en dan ook nog in gigantische hoeveelheden. Waarschijnlijk omdat het prijsvoordeel oplevert. Er wordt dan voorbij gegaan aan pasvorm, comfort en mode.

De mannen op de sloopklus voeren elke dag oorlog. Een strijd met de omstandigheden en zichzelf. Het is loodzwaar werk, echt topsport. Het kan aangenamer. Je kunt ook werken met een fris windje in je gezicht. Met een aangeblazen filterunit hoeft de sloper de lucht niet naar binnen te zuigen, niet tegen de weerstand in te ademen. De lucht stroomt aangedreven door een motortje naar binnen en verdringt het stof. Dat is veel comfortabeler natuurlijk.

Zo’n apparaat is een persoonlijk beschermingsmiddel en geen persoonlijk beperkingsmiddel. Maar het heeft uiteraard ook een ander prijskaartje dan het masker op de foto.

En zo wogen we - vier slopers, hun leidinggevende en ik - in de keet bij de koffie, alle voors en tegens samen af. Binnenkort worden er nieuwe pbm’s besteld. Ik ben benieuwd of de keuze opluchtend en blikverruimend zal zijn.

Jan Snijder, survivalgids - veiligheidskundige – arbeidshygiënist

Maar wat niet zo handig is: het ding is zelden in goede conditie, wordt bijna nooit goed gebruikt en al helemaal nooit goed in elkaar gezet.

Ik denk dat dit soort kleine steigers voor velen een tangram-puzzel is. U weet wel: zeven stukjes die tezamen een vierkant vormen. Als je een stukje overhoudt, klopt de puzzel niet. Dat gebeurt vooral veel met gehuurde steigers. De gebruiker kent de puzzel niet, leest de manual niet, houdt onderdelen over, maar gaat toch aan het werk. Want de klus moet geklaard.

Zeg eens A-blad
Om veiliger te steigeren brachten Arbouw en Volandis januari 2017 het A-blad Rolsteigers uit. Eén van de regels uit het A-blad is dat op- en afbouwen van de steiger moet gebeuren vanachter heuprandbeveiliging. De installateur op de foto werkt zonder bovenste juk, lees heuprandbeveiliging. Laat staan dat hij de steiger heeft opgebouwd vanachter zo’n beveiliging. Het is een mooie regel in een mooie richtlijn. Maar hoe bereik je dit soort zzp’ers en superkleine afwerkbedrijfjes ermee? Hoe krijg je die mannen zo ver dat ze de tangram-puzzel goed oplossen? Om te beginnen zou het geen puzzel moeten zijn. Het A-blad schrijft dan ook, zeer terecht, voor dat de nieuwe generatie steigers intrinsiek veilig moet zijn. Je kunt dan geen diagonalen, koppelingen of andere stukken overhouden. Goed bronbeleid dus.

De zaag erin
Maar er circuleren nog veel oude steigers en dito gewoontes. Hoe ga je daar mee om? Ik vroeg het de hoofdaannemer op dit project.

Ik: “Wat doe je om die installateur veilig te laten steigeren?”

Hij: “Ik spreek hem er elke week op aan.”

Ik: “Elke week? Is er dan steeds een nieuwe installateur?”

Hij: “Nee, hij luistert niet.”

Ik: “Goh, wat rot.”

Hij (zucht): “Ja, zo gaat dat. Ik word er doodziek van.”

Ik: “Goh, wat rot. Wil je het oplossen?”

Hij: “Tuurlijk.”

Ik: “Het is heel simpel. Vroeger speelde ik waterpolo. Voordat je het water in mocht, controleerde de scheids of je nagels niet te lang waren. Anders kwam je het bad niet in. Waarom doe je dat ook niet met je onderaannemers? Voordat ze het werk op mogen, lopen ze eerst langs jouw keuringsbalie. Als het gereedschap en de pbm’s niet in orde zijn, gaat de zaag erin en mogen ze niet meedoen aan de wedstrijd.”

Hij: “Tja. Je hebt gelijk natuurlijk, maar zo gaat dat niet bij ons.”

Ik: “Nee, hoezo niet? Jullie lopen toch ook niet meer in berenvellen?”

Hij: “Nou, sommigen wel…”

Jan Snijder, survivalgids - veiligheidskundige – arbeidshygiënist

Jos Bus